Nieuwe cijfers over schulden: duur, hoogte en herkomst
Van eerste schuld naar schuldhulp: gemiddeld 8 jaar
Hoelang duurt het voordat mensen om hulp vragen na de eerste achterstand? En om welke schuldeisers en bedragen gaat het eigenlijk? Nieuwe cijfers laten zien dat mensen na bijna 8 jaar om hulp vragen. Vaak gaat het om schulden voor vaste lasten of overheidsinstanties. Vroeg ingrijpen is dus belangrijk.
Om hulp vragen is een enorme drempel voor mensen met schulden. Vaak wachten ze er zó lang mee dat de schuldsituatie ondertussen alleen maar complexer wordt en het flink wat inspanning kost om de schulden (duurzaam) op te lossen.
Dossieronderzoek
Al jaren is het beeld dat mensen gemiddeld pas na vijf jaar om hulp vragen. Dit aantal, dat regelmatig wordt aangehaald in interviews, beleidsstukken en publicaties, komt uit het onderzoek Vroegsignalering moet en kan! (2011) in opdracht van het Bureau Kredietregistratie.
Maar klopte dat beeld wel? Deze week stuurde het kabinet het rapport Opbouw van problematische schulden: van de eerste vordering tot de aanvraag van een schuldregeling (pdf, 1,78 mB) naar de Kamer, opgesteld door de Hogeschool Utrecht en de Kredietbank Nederland namens het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Dit onderzoek toont aan dat er in werkelijkheid gemiddeld bijna acht jaar overheen gaan voordat mensen met schulden zich aanmelden. 'In het onderzoek uit 2011 zijn mensen op basis van hun herinnering gevraagd om aan te geven hoe lang ze gewacht hadden. Het onderzoek dat nu is uitgevoerd, is gebaseerd op 250 schuldhulpdossiers van de Kredietbank Nederland', legt NVVK-beleidsadviseur Judith van Geffen het verschil uit. Zij zat in de begeleidingscommissie van het recente onderzoek. 'Het geheugen kan feilbaar zijn en misschien ervaren mensen hun schulden aanvankelijk niet als een probleem, of waren ze dat ook echt nog niet. Feit is dat nu eigenlijk pas voor het eerst echt onderzocht is hoe lang mensen wachten.'
Judith van Geffen
Herkomst schulden
De onderzoekers onderstrepen dat het belangrijk is om de resultaten ‘met enige voorzichtigheid’ te interpreteren. Ze geven namelijk geen inzicht in de redenen waarom er zoveel jaren overheen gaan, bovendien kunnen allerlei factoren een rol spelen. 'Vermoedelijk ervaren mensen hun schuld aanvankelijk helemaal niet als probleem', noemt Judith als voorbeeld. 'Dus als iemand al acht jaar schulden heeft, wil dat nog niet zeggen dat hij ook acht jaar stress heeft gehad. In de meeste dossiers was ook te zien dat de schulden geleidelijk opbouwen. Die eerste schuld was achteraf gezien misschien de start van de problemen maar werd op dat moment nog niet als een groot probleem gezien.'
Opvallender en belangrijker voor ons werk vond Judith de uitkomsten over de herkomst van de schulden. 'In de helft van de dossiers is de eerste schuld een betalingsachterstand voor vaste lasten. In een derde van de dossiers was sprake van een betalingsverplichting aan een overheidsinstantie.'
Een belangrijk signaal, volgens Judith. 'Het onderstreept het belang van vroegsignalering, want dit bevestigt opnieuw dat een achterstand op vaste lasten een voorbode kan zijn van grotere toekomstige betalingsproblemen, en dat vroeg erop afgaan echt helpt en erger voorkomt.'
Opbouw en hoogte
De meeste schulden (53 procent) blijken zich geleidelijk op te bouwen. In 25 procent van de situaties zijn de schulden ontstaan door een enkele hoge vordering. In 23 procent van de gevallen is sprake van een clustering van schulden in een korte periode. 'Dat kan bijvoorbeeld gaan om een life event, zoals het verliezen van je baan of je partner, of een terugval in inkomen door ziekte.'
Ook de hoogte van de schulden is onderzocht. De oudste vordering blijkt gemiddeld 7.000 euro te bedragen. Maar omdat dit gemiddelde sterk beïnvloed is door een aantal hoge uitschieters, kan volgens de onderzoekers beter gekeken worden naar het meest voorkomende bedrag (mediaan): 2.156 euro. Sterker, in de meeste dossiers (78 van de 250) was de eerste vordering lager dan 1.000 euro. Toen mensen zich meldden bij de kredietbank was die schuld opgelopen naar gemiddeld 41.447 euro. 'Dit komt ongeveer overeen met de gemiddelde schuld ook in onze NVVK jaarcijfers is vermeld: 42.786 euro.'
Snel ingrijpen
'Het onderzoek laat duidelijk zien dat mensen niet lichtzinnig om hulp vragen', aldus Judith. 'Juist daarom is het belangrijk om vroegtijdig hulp aan te kunnen bieden. Houd kleine schulden klein door snel in te grijpen en zorg dat de schulden niet oplopen door rentes en boetes.'
Het ministerie onderstreepte dit eveneens in de kabinetsreactie op het onderzoek. Om die reden zijn in de aanpak civiele invordering 'verschillende maatregelen aangekondigd die eraan bijdragen dat de kosten van invordering minder snel oplopen', zo staat te lezen in de kabinetsreactie.
Ook de Rijksincassovisie heeft als doel om problematische schulden te voorkomen. Zo maakt de Betalingsregeling Rijk het mogelijk om alle schulden aan de overheid bij elkaar op te tellen: 'Eén betalingsregeling voor vorderingen bij de Rijksoverheid vanuit de gedachte: één overheidsdebiteur, één schuldenlast en één afloscapaciteit.'