Overslaan en naar de inhoud gaan

Onderzoekers waarschuwen voor negatief effect lagere kredietrente

Onderzoekers waarschuwen voor negatief effect lagere kredietrente

16 februari 2021

Wat zijn de gevolgen als de regering de maximaal toegestane kredietrente verlaagt? Een rapport van SEO Economisch Onderzoek maakt duidelijk dat een renteverlaging niet alleen maar positief uitpakt voor mensen die geld willen lenen. Voor de sociale Kredietbanken is de kans groot dat verlaging leidt tot hogere lasten voor gemeenten of een verminderde toegankelijkheid van sociale kredieten voor de doelgroep.

De onderzoekers constateren dat 5,1 procent van de kredietnemers een betaalachterstand heeft. Het betreft 544.525 kredieten. Een verlaging van de rente betekent voor de meeste kredietnemers niet zoveel, omdat de kredieten vaak van geringe omvang zijn.

De onderzoekers noemen een aantal negatieve effecten van renteverlaging: zo neemt het aantal aanbieders mogelijk af omdat instellingen niets meer kunnen verdienen aan het aanbieden van kleine kredieten. De kans bestaat dat mensen hogere leningen afsluiten omdat die lagere rentepercentages kennen. Ook is het mogelijk dat wanneer kleine kredieten niet meer aangeboden worden, mensen de toevlucht nemen tot ‘huurkoop, pandjeshuizen of informele aanbieders die niet onder toezicht staan’, aldus het rapport van SEO Economisch Onderzoek.

'Gemeente moet meer bijdragen'

Over de positie van de sociale Kredietbanken schrijven de onderzoekers: ‘Bij een structurele verlaging naar bijvoorbeeld 10 procent worden tevens enkele sociale kredieten (die tot 12 procent rekenden) en saneringskredieten (tot 14 procent) geraakt. Daarbij speelt dat er grote verschillen bestaan tussen verschillende gemeentelijke kredietbanken. Bij kredietbanken die zelfstandig kostendekkend moeten zijn heeft een verlaging een grotere impact dan bij kredietbanken waarin de gemeente bijdraagt. In dat laatste geval zal de implicatie zijn dat de gemeente meer moet bijdragen om dezelfde dienstverlening te kunnen blijven bieden.’

Strijdig met doelstelling

‘Op het moment dat een zelfstandig kostendekkende kredietbank geconfronteerd wordt met een lagere maximale kredietvergoeding heeft deze min of meer dezelfde opties als de commerciële aanbieders: snijden in de kosten, proberen relatief minder risicovolle groep klanten uit te selecteren (maar dit staat haaks op de doelstelling), voorwaarden wijzigen of besluiten het product überhaupt niet meer aan te bieden’, aldus de onderzoekers. De NVVK heeft eerder op deze risico’s gewezen en aandacht gevraagd voor de positie van de Kredietbanken in deze discussie.

Verlaging treft kwetsbare groep

De onderzoekers waarschuwen voor een negatief effect van renteverlaging op de beschikbaarheid van kredieten voor mensen die er afhankelijk van zijn. ‘Dit heeft implicaties op het moment dat een deel van het aanbod van (kleinere) consumptieve kredieten wegvalt. Juist de meest kwetsbare groep met de minste alternatieven ondervindt dan de grootste gevolgen van de verlaging van de maximale kredietvergoeding. Zij hebben bij een wegvallend aanbod en beperkte alternatieven minder financiële middelen.'

'Gaten vullen' wordt moeilijker

Tegelijk is er ook een positief effect denkbaar, schrijven de onderzoekers. 'Juist bij deze groep is de kans ook groter dat extra consumptief krediet op een later moment bijdraagt aan problematische schulden. Als zij moeilijker toegang krijgen tot deze kredieten kan dat bijdragen aan minder problematische schulden op een later moment.'

'Consumenten die nu in belangrijke mate afhankelijk zijn van (online) goederenkrediet, roodstand of creditcardlening voor het doen van noodzakelijke aankopen en geen geschikt alternatief kunnen vinden lopen daardoor mogelijk in een eerder stadium tegen (onoverkoombare) financiële problemen aan. (...) Dit kan helpen bij vroege signalering omdat mensen minder lang in staat zijn gaten in het huishoudboekje te vullen met kortlopende kredieten.'

Pandjeshuizen en informele aanieders

De andere kant van dit verhaal, aldus het rapport, is dat 'mensen uit nood oplossingen zoeken die in de praktijk duurder uitpakken dan de maximale kredietvergoeding, zoals huurkoop, pandjeshuizen of informele aanbieders die niet onder toezicht staan, en daarmee de problematische schuld uiteindelijk verder oploopt dan anders het geval zou zijn geweest.'

'Volgend kabinet mag beslissen'

Het rapport kwam tot stand op verzoek van minister Hoekstra van Financiën, die wilde weten wat de effecten zouden zijn van een forse verlaging van de maximaal toegestane kredietrente. In zijn reactie op het rapport schrijft Hoekstra aan de Kamer: 'Een (forse) verlaging van de kredietvergoeding kan ook negatieve gevolgen hebben. Deze negatieve gevolgen kunnen zowel zien op het aanbod van met name kleiner krediet, als op de consument zelf. Op basis van het onderzoek blijkt niet onomstotelijk bij welk percentage de juiste balans tussen gewenste en ongewenste effecten gevonden is. Daarom laat ik een keuze voor het structureel verlagen van de maximale kredietvergoeding over aan een volgend kabinet.'

Meer informatie